Juni is begonnen en dat betekent veel, maar vooral dat de 3e poot van de triple crown eraan komt. Monaco en Indy zijn geweest en nu is het tijd voor Le Mans. In de stad worden de podia alvast opgebouwd voor de technische keuringen en daarmee is de Le Mans week begonnen.

“Dus die race duurt 24 uur? Waarom ben je dan een week weg” is een vraag die vaak gesteld wordt aan menig bezoeker aan Le Mans. Terechte vraag, en het terechte antwoord is dat Le Mans meer is dan 24 uur. Het is een week lang ondergedompeld worden in een evenement van wereldklasse, waar je een week lang getuige bent van snelle wagens en waar je, als je geluk hebt, gemoedelijk een praatje kunt maken met de hoofdrolspelers.

Het is vooral een race waar iedereen naar uitkijkt, een race die groter is dan het kampioenschap waar het deel van uitmaakt. Want wie weet er nog wie er verleden jaar kampioen was? Ik zei de gek misschien maar verder niemand. Iedereen weet wel dat de nummer 50 Ferrari Le Mans won, en de nummer 51 het jaar daarvoor.

Hetzelfde geldt voor de Indy 500, de 2e poot van de Triple Crown. Wie kent de kampioenen van het Indycar kampioenschap? Ja, Palou kent iedereen nu, maar dat komt omdat hij zo dominant is. Wie weet nog dat Will Power kampioen werd in 2022? Niemand, maar iedereen weet wel dat Ericsson Indy won. En Palou’s eerste kampioenschap in 2021 is ook vergeten. Wellicht weet iedereen nog wel dat hij op Indy 2e werd achter Castroneves die toen zijn historische vierde overwinning behaalde.

En met die eigenschap, de race die groter is dan het kampioenschap, verschilt de Grand Prix van Monaco van die andere twee races. De Grand Prix van Monaco is absoluut niet groter dan het wereldkampioenschap Formule 1. Dat heeft niets te maken met de kwaliteit van de race, of eigenlijk het gebrek daaraan. In Formule 1 is het kampioenschap gewoon het grote doel en alle races die deel uitmaken van het kampioenschap zijn simpelweg de locaties waar je aan dat doel kan werken.

In het World Endurance Championship en de Indycarseries zijn respectievelijk Le Mans en de Indy500 het grote doel. En als dat doel niet behaald wordt kan dan nog altijd naar het kampioenschap worden gekeken, als een soort troostprijs…

In de Formule 1 is eerder de Grand Prix van Monaco een troostprijs. Indien je niet het kampioenschap wint en je wint wel Monaco, dan is je seizoen niet gered, tenminste niet als je één van de favorieten voor de titel was. Dan kun je wel pronken met een overwinning op een mooie historische locatie die je meer exposure geeft dan pak-‘m-beet de Hungaroring of Bahrain.

Misschien dat daarom de enige winnaar van de Triple Crown, Graham Hill, beweerde dat de triple crown niet draaide om Monaco, naast Indy en Le Mans, maar in plaats daarvan om het wereldkampioenschap Formule 1 als tegenhanger van Indy en Le Mans. Niet dat dat bij hem iets uithaalde: op basis van beide criteria had hij de triple gewonnen want hij werd kampioen in 1962 en 1968 en won Monaco 5 maal. Daarnaast won hij op Indianapolis in 1966 en op Le Mans in 1972.

Er waren een paar triple crown jagers die ook op basis van het wereldkampioenschap te werk gingen: Mario Andretti werd wel wereldkampioen, won de Indy 500 maar joeg vergeefs op de winst in Le Mans, ook al kwam hij in 1995 slechts een paar minuten tekort. Jacques Villeneuve probeerde hetzelfde maar ook hij wist de 24 uur niet te winnen. Beiden wonnen nooit op Monaco.

Juan Pablo Montoya heeft dan weer een winst op Monaco en 2 maal de winst op Indy. Hij is nog niet oud genoeg voor om van de winst op Le Mans te moeten afzien….

De discussie over wat de triple crown nou precies is zal wel nooit helemaal weggaan. Wat in elk geval wel duidelijk is dat het winnen van de triple alleen weggelegd is voor de echt groten der aarde. Het winnen van één van de drie poten kan nog best op toeval berusten maar als je ze alle drie wint, of het nu Monaco is of het wereldkampioenschap, dan bewijs je in elk geval dat je een hele grote bent….

Geef een reactie